Virussen (deel 2)
In deel 1 ging het vorige keer over virussen, als ziekteverwekkers bij zowel mens als dier. Het was een beetje in Paul Jambersstijl..."Wat zijn ze? Wat doen ze? Wat drijft hen?"
We probeerden vooral het mechanisme van de immunisatie tegen bepaalde virussen uit te klaren. Die immunisatie kan via het doormaken (en liefst genezen) van de betreffende ziekte, maar het kan ook door een lichte vorm van de ziekte op te wekken of te simuleren met behulp van een vaccin: inenten dus. In beide gevallen rekenen we erop dat het lichaam zelf de nodige antistoffen aanmaakt.
Geen enkele duivenliefhebber die nog opkijkt als er over enten gesproken wordt: enten tegen PMV is verplicht, enten tegen pokken is gemeengoed geworden... Maar de laatste tijd lijkt dat niet meer te volstaan en zou er tegen alles en nog wat geënt kunnen of moeten worden. Is er iets aan de hand of is het vooral big business?
Duivenindustrie
Duivensport is al lang geen goedkoop tijdverdrijf meer, waarmee we een open deur intrappen. Er is vandaag groot geld gemoeid met de duivensport als topsport. Er zijn niet enkel de soms exuberante prijzen voor echte of papieren topduiven, er is ook de groeiende markt van bijproducten waar steeds meer participanten hun graantje willen meepikken - om het in duiventaal te zeggen. En dan zijn er nog de "dierenartsen met een bijzondere interesse in sportduiven". Ook velen van hen hebben de goudader van de supplementen al een tijdje ontdekt. En er komen er nog steeds bij. Want zeg nu zelf: aan een gewone "visite" is niet echt iets verdiend als je niet ook wat flessen, zakjes en pakjes kunt slijten. Maar uiteraard mag van ons iedereen zijn boterham verdienen en als het kan met iets bij ook. Maar het is niet te weerleggen dat de duivensport stilaan een duivenindustrie geworden is en dat duivensport "duur" geworden is, zeker als je alles moet geloven wat de leveranciers van producten aanprijzen. Veel liefhebbers hebben dan ook dagen te kort om aan hun atleten alles te geven wat ze denken te moeten geven... Ook medische begeleiding heeft zijn prijs en al zeker als je om de haverklap te rade moet bij mijnheer de duivendokter. En kun je nog zonder? Antibiotica, entstoffen en diverse medicatie: enkel nog te verkrijgen via voorschrift van of ten huize van de dierenarts; enten tegen PMV, enkel bij de dierenarts... Is het dan ver gezocht om de hele drukte rond de actuele multiple vaccinatiepolitiek ook te zoeken in de sfeer van de veterinaire "handel" - een soort "enten voor centen"... - of is er werkelijk meer aan de hand en staat het jongeduivenspel werkelijk onder druk van talrijke "nieuwe" virusbedreigingen...? We gaan in dit en volgend deel samen op zoek.
Niet doemdenken
Ik wil niet doemdenken, maar toch kan ik me niet van de indruk ontdoen dat de manier waarop we met zijn allen - de ene al meer dan de andere - de duivensport bedrijven, het immuunsysteem van de duiven niet ten goede komt. De tijd van de onverwoestbare boerenduiven lijkt wel eeuwen achter ons te liggen. Het is bekend uit de humane geneeskunde dat kinderen die in hyperhygiënische condities worden grootgebracht, achteraf vaak gevoeliger zijn voor besmetting, allergieën, diverse intoleranties. Anders gezegd: laat ze liever in contact komen met wat microben en er zelf weerstand tegen opbouwen. Zou dat ook niet van toepassing zijn op onze (jonge) duiven? U las wellicht zelf ook al ergens dat bv. Willem de Bruijn niets liever heeft dan dat zijn jongen zo snel mogelijk de kinderziektes doormaken... en er sterker uitkomen.
Maar wat doen steeds meer melkers? Krabben, branden, ontsmetten, drinkpotten schoonmaken met javel en op tijd blind kuren en... steeds vaker en steeds jonger tegen steeds meer ziektes enten. Moet het? Mag het? Is het een goede zaak? Ik zou het ook niet met 100% zekerheid weten. Maar leest u verder.
Verzwakt ras?
We hadden het al over boerenduiven en dat je ze niet meer vindt. Maar zijn we dan zoveel slechter af met onze niet-boerenduiven? Eerlijk? Ik vrees van wel. Ik kan me bijvoorbeeld niet herinneren dat ik pakweg 30 jaar geleden iemand hoorde vertellen dat hij of zij 20 dode duiven had op 3 dagen tijd of er 46 verloor van de 80 van een leervlucht van 40 km... De schuld van de virussen? Ik denk dat die er toen ook waren. Wat er toen niet was? Inderdaad 80 jongen in één bende opleren maar er was vooral veel minder medicatie. En akkoord, we kweekten toen nog uit duiven die gevlogen hadden of minstens rond het hok mochten toeren, terwijl we vandaag bijna uitsluitend kweken uit opgesloten duiven die geld gekost hebben of op een andere manier onbetaalbaar zijn. Mijn oude buurman (toen zo oud als ik nu zelf ben) kocht destijds jaarlijks 10 ringen, en op het einde van het seizoen moest hij er opruimen omdat hij geen plaats had om ze alle 8 of 9 te behouden... Maar die tijden komen niet meer terug, dat weten we ook.
Bent u ook van uw stoel gevallen toen u las dat uit een enquête bleek dat sommige jongeduivenspecialisten 44 dagen op de 100 antibiotica in de drinkpot hadden, nog los van de gebruikte spuitjes met Lincospectin en co. Als dat niet de kortste weg is naar een verzwakt duivenras en een versterkt (lees: resistent) ras van ziektekiemen... dan weet ik het niet meer.
Maar het zou over virussen gaan en al of niet enten.
Pseudo-vogelpest
Vorige week las u al dat er ook échte vogelpest bestaat. Meteen zeggen dat die niets met de pest of de zwarte dood te maken heeft zoals die in de middeleeuwen wel eens over onze contreien waarde. Vogelpest of aviaire influenza is een soort griep bij vooral hoenderachtigen met vaak dodelijke afloop. Wat niet wegneemt dat het virus ook kan toeslaan bij watervogels, zoogdieren en zelfs sporadisch bij de mens. Omwille van de hoge besmettelijkheid is er een meldingsplicht en in geval van een aangetoond ziektegeval wordt er een schutkring ingesteld, is er ophokplicht en worden ganser populaties dieren opgeruimd.
Wij duivenmelkers kennen beter de pseudovorm of paramyxovirose. Het is een hevig besmettelijke ziekte die voor het eerst onze streken teisterde in de winter 1982-1983, wellicht meegebracht door migrerende vogels. Wie oud genoeg is, kent zeker nog de verschijnselen: draainekken, waggelende en omvallende duiven, drijfnatte duivenbakken... en dode duiven. Door een Europese regel van 1994 is het sindsdien verplicht om (minstens) alle wedstrijdduiven jaarlijks door een dierenarts te laten inenten. Het vergde echter een por in de ribben van toenmalig minister Gabriëls en een dreigement van Frankrijk vooraleer de KBDB in 2000 werk maakte van de verplichte entingen. Vandaag komt paramyxo daardoor uiteraard veel minder voor, maar de symptomen zijn ondertussen ook moeilijker te herkennen en te onderscheiden van andere ziektebeelden. Maar uitgeroeid is paramyxovirose bijlange nog niet.
Om veel onheil te vermijden wordt er aangeraden om niet enkel de speelduiven, maar ook alle vastzitters en thuisblijvers en zeker ook de late jongen te enten, of beter gezegd te laten enten als men zich aan de letter van de wet houdt.
Er wordt meestal aangeraden de jongen te enten op een leeftijd van minstens 4 weken (niet heel lang geleden heette dat 6 weken) al worden tegenwoordig ook door sommige artsen daarvan afwijkende entschema's voorgesteld.
De entstoffen en procedures zijn ondertussen vanuit de ervaring geëvolueerd. La Sota is afgeschreven en er wordt ook vrijwel niet meer geënt met de "witte" entstof op oliebasis. Voorlopig lijkt het erop dat het PM-virus niet muteert, dus zoeken naar nieuwe vaccins dringt zich niet meteen op.
Le terrain est tout (Het milieu is alles)
Neen, we gaan niet verder in het Frans, maar toch even dit citaat uit de mond van Louis Pasteur. Die zou op het einde van zijn leven gezegd hebben tegen een vriend: "Le microbe n'est rien, le terrain est tout". Vrij vertaald: ziekteverwekkers kunnen niets, tenzij het milieu (het organisme van de gastheer) het toelaat. Nog anders gezegd: het is niet omdat er ziekteverwekkers aanwezig zijn dat mens of dier ziek worden... We weten allemaal uit ervaring dat je niet per se griep krijgt omdat een huisgenoot met 39.6 graden in de sofa ligt te kreunen en te hoesten... en omgekeerd dat je zelf gemakkelijker een verkoudheid opraapt als je moe en gestresst bent. Waarom zou dat bij de duiven dan anders zijn?
Louis Pasteur (1822-1895), grondlegger van de microbiologie. Hij was een pionier in het zoeken naar verbanden tussen microscopisch kleine ziekteverwekkers en ziektes. We kennen hem uiteraard van het "pasteuriseren" waarbij bacteriën gedood worden door hoge temperaturen. Uitvinder ook van een vaccin tegen rabiës.
De conclusies hieruit kunnen wel verreikend zijn... en de lanceerbasis voor erg uiteenlopende opinies over bijvoorbeeld de noodzaak van het enten tegen alle mogelijke virussen. We verklaren ons nader.
- Het vaststellen van de aanwezigheid van een virus of bacterie betekent niet dat de duif in kwestie daar ziek van wordt of geweest is;
- Ziektesymptomen zijn niet altijd 1 op 1 te koppelen aan een bepaalde bacterie of virus, anders gezegd: het is niet omdat dingen samen voorkomen - een aanwezig virus en een ziekteverschijnsel - dat een oorzakelijk verband bewezen is;
- Dat een duif niet ziek wordt na een inenting is geen hard bewijs dat de inenting nodig of doeltreffend was. Misschien zou die duif überhaupt niet ziek geworden zijn...
Ik vermoed dat er nu al lezers zijn die vinden dat we ons op glad ijs bewegen. Maar bovenstaande stellingen willen enkel aantonen hoe het mogelijk is dat veeartsen zo diametraal tegenover elkaar kunnen staan in hun visie over zeg maar herpes, adeno, rota, circo... We komen er op terug. Maar één feit is zeker: er is nog (te) veel ruimte voor interpretatie, wat bewezen wordt door de uiteenlopende adviezen van de specialisten. Neem nu herpes...
Herpes
Hier moeten we best het begrip drager aanbrengen. Het is namelijk zo dat veel duiven, ook jonge duiven, drager zijn van het virus zonder dat ze er ziek van worden of toch minstens zonder ziektesymptomen. Specialisten zeggen dan dat het virus/de ziekte latent (= verborgen, sluimerend) aanwezig is. Subklinisch hoor of lees je ook wel eens.
En hier beginnen de meningen al fel uiteen te lopen... Henk de Weerd meent dat herpes niet eens een groot probleem is bij duiven terwijl bv. zijn collega's Van der Sluis en Göbel pleiten om reeds bij het spenen te enten met een combinatievaccin tegen PMV-herpes. Zoals verder (zie deel 3) zal blijken heeft dokter De Weerd wel over meer vaccinaties een eigenzinnige of is het een "eigen zinnige" mening. Maar we lopen vooruit.
Er zijn 2 types van herpesvirus gekend bij duiven PHV1 en PHV2. PHV1 (Pigeon Herpes Virus-1) is het meest voorkomend en lijkt bij de meeste duiven vrij onschuldig. Meer dan de helft van de oude duiven hebben antistoffen in hun bloed zonder ooit openlijk een herpesbesmetting door te hebben gemaakt.
Type 2, dat enkel bij jonge duiven voorkomt (de ouderdieren kunnen wel drager zijn), is zeldzaam maar veel morbider en leidt in veel gevallen tot sterfte. In geval van PHV2 zijn de duifjes inderdaad doodziek: beide ogen kleven (half)dicht met korstvorming, de slijmvliezen zijn fel ontstoken en tong en keel vertonen gele losse vellen. Deze duifjes sterven binnen de week.
Herpes type 2. Agressieve vorm van herpes met dichtgekleefde ogen en losse gele vellen in de bek. Dodelijk! (Afbeelding Belgica DW)
Het herpesvirus werd voor het eerst gevonden bij duiven direct na WO II.
Ook paarden zijn gevoelig voor herpes. Daar heet het virus EHV1 of EHV4 (Equine Herpes Virus). De symptomen zijn griepachtig, kans op abortus en verteringsstoringen. Zelfs met vaccinaties blijven besmette paarden levenslang drager en kan de ziekte bij stress zomaar terug de kop opsteken. Hetzelfde verhaal doet zich voor bij honden (Canine HV) waar de symtomen vooral op de luchtwegen te vinden zijn. Geënte of genezen honden kunnen ook drager blijven. Bij puppys is herpes vaak dodelijk. Elk virus en elke aparte variëteit heeft duidelijk zijn eigen kuren (in alle betekenissen)...
Jongeduivenziekte(s)
Vroeger, toen er nog geen sprake was van adeno-coli, dachten we bij de term jongeduivenziekte of kinderziektes vooral aan het ornithosecomplex: vliesje, natte ogen, vuile neusjes, opstaande veertjes, krabben, tsjikken... u kent het wel. Het ornithosecomplex is inderdaad wat de naam zelf zegt: complex! Het gaat van nat tot droog snot, rode kelen, reutelen enz. Volgens sommige bronnen zou herpes een deel van het ornithosecomplex (kunnen) zijn.
Ornithosecomplex, een complexe besmetting met ontstekingen aan vooral ogen, traankanaal, neusholte, keel en luchtwegen. Volgens sommigen ook herpes, volgens anderen geen virale besmetting.
Over het algemeen zijn deze kop- en luchtwegenproblemen echter best te behandelen met antibiotica, wat laat vermoeden dat er weinig of geen virussen aan te pas komen. We gaan er hier in deze reeks over virussen dan ook niet verder op in.
Vandaag heet de meest beruchte jongeduivenziekte echter adeno-coli syndroom (= een verzameling van symptomen).
Adeno-coli dateert van de vroege jaren '80. Het duurde even voor iedereen het eens was over de juiste definitie maar het fenomeen heeft zich zowaar blijvend gesetteld in onze sport. Al gaan er nu al stemmen op om het syndrooom te herdopen in adeno-circo-coli...
Iedereen kent ondertussen de eerste tekenen: niet binnenkomen, nauwelijks eten, volle kroppen water, niet vliegen, bol zitten in een hoekje, braken en soms dunne ontlasting. De eigenlijke ziekteverwekker is in dit geval een bacterie (en geen virus), namelijk de Escherichia coli of kortweg E.coli (een gram-negatieve bacterie, voor wie het wil weten). De uitbraak zorgt voor een ernstige aantating van de darmflora waarbij de anders goedaardige coli-bacteriën plots agressief en toxisch worden en tot ernstige spijsverteringsproblemen en zelfs acute bloedvergiftiging (sepsis) kunnen leiden, meer dan eens met de dood tot gevolg. Zowat iedereen is het erover eens dat de coliproblemen een gevolg zijn van een verzwakking van het organisme door het adenovirus. Volgens sommigen kan het circovirus dezelfde of een aanvullende rol vervullen.
Meer en meer wordt adeno-coli beschouwd als een onvermijdelijke kinderziekte die ze maar beter gehad kunnen hebben. Door een gepaste ondersteuning van het immuunsysteem en een goed hokklimaat kun je meestal wel de hevigheid van de aandoening onder controle houden. En zowat elke veearts heeft zijn preparaat om de jonge duiven te ondersteunen.
Enten tegen adeno kan wel of kan niet... afhankelijk van de overtuiging van je veearts. Er is met wisselend succes geëxperimenteerd met EDS-entstof (tegen afwijkende of verminderde eierleg - Egg drop Syndrome - bij kippen) en vandaag zouden er specifieke gecombineerde vaccins zijn tegen PMV-adeno of PMV-herpes-adeno.
Net als bij herpes wordt er (soms) onderscheid gemaakt tussen adeno-1 en adeno-2, waarbij adeno-2 een variant is die veel heviger is en ook veel dodelijker. Gelukkig is adeno-2 ook zeldzamer. Bij een acute uitbraak van adeno-2 kun je tal van duiven hebben die binnen de dag dood zijn. De aangetaste duiven hebben knalgele mest, eten niet, hebben duidelijke ademnood en als je ze ter hand neemt ervaar je dat typische sponsachtig gevoel van de krop en de borstspieren. Als het eenmaal zo ver is, is er nog weinig aan te dokteren.
Pokken
Over pokken kunnen we redelijk kort zijn. Iedereen zal ze wel al eens op het hok hebben gehad, want zelfs als je ertegen ent, ben je niet voor 100% gevrijwaard. En er zijn zeker nog genoeg liefhebbers die niet of slechts beperkt enten tegen pokken.
Pokken kennen we in verschillende verschijningsvormen: er zijn de droge pokken die we kennen als de wratachtige uitwassen op vooral de bek en oogranden naast de geelachtige natte pokken op de slijmvliezen in de bek die we beter kennen als difterie.
Het sap van stinkende gouwe (chelidonium majus) wordt aangewend om pokken sneller te laten opdrogen. Bij mensen blijkt het felgele sap alvast werkzaam tegen wratten en eksterogen. Dagelijks of meermaals per dag toepassen.
Van pokken gaan duiven niet dood, maar het is voor de duiven zelf vaak erg hinderlijk. Als ze niet meer kunnen eten of drinken of geen steek meer zien, kunnen ze uiteraard ook wegkwijnen.
Pokken worden veroorzaakt door het poxvirus en dit zeer besmettelijk virus wordt mogeljks via insecten of parasieten ("vectoren" of overbrengers) overgedragen maar vooral via pikken of vechten. Als u niet alle duiven geënt hebt en u merkt een duif op met beginnende pok, dan kunt u best als de weerlicht de hele ploeg vooralsnog enten. Deelnemen aan wedstrijden is dan - minstens vanuit sportief oogpunt - niet toegestaan. Een aanpakker van duiven mag uiteraard dieren met pokken weigeren.
Er is voorts weinig aan te doen als duiven pokken hebben... Wel op zijn minst proberen te zorgen dat er geen andere besmettingen toeslaan. Na 2 à 3 weken verdrogen en verdwijnen de pokken vanzelf. De pokken aanstippen met jodiumtinctuur of met sap van stinkende gouwe kan de genezing iets bespoedigen.
Je kunt tegen pokken subcutaan (onderhuids) enten via een combivaccin Pokken-PMV, maar steeds meer melkers en artsen verkiezen opnieuw het vertrouwde enten met het borsteltje. Enten voor pokken is niet met alle mogelijke vaccinaties te combineren, maar dat maakt de bijsluiter of de dierenarts u wel duidelijk.
Er wordt steeds meer gepleit om jonge duiven meteen bij het spenen te enten tegen paramyxo. Niet evident als je ronde jongen niet helemaal gelijk zit en je telkens naar de veearts moet, toch volgens de letter van de wet.
Er gaan ondertussen stemmen op om meteen te enten tegen circovirose en weer anderen geven de voorkeur aan een vroege enting tegen rotavirus, desgevallend gecombineerd met PMV. (Afbeelding: postduivenhouden.nl)
Volgende keer
In het derde en laatste deel gaat het volgende keer over de bij momenten bitsige controverse tussen veeartsen over de "nieuwe" duivenziekten met name besmetting door circovirus en rotavirus en vooral dan over het al dan niet voorbehoedend enten ertegen...
We stellen ons finaal ook de vraag waarom we anno 2020 zoveel meer epidemieën en sterfte hebben bij de (jonge)duiven dan pakweg 30 jaar geleden.
Michel Bommerez
[Disclaimer: de artikelen in de reeks "Het Ei van Columbus" claimen geen wetenschappelijke onderlegdheid of autoriteit.]